Alpenbrevet

Alpenbrevet

70 km vanaf Innertkirchen, Zwitserland. Het heeft wel iets weg van de Ardennen zeg ik tegen mijn bijrijder Vincent. We rijden verder in afwachting van wat gaat komen. Na een aantal kilometers begint de weg te steeds steiler te klimmen om uiteindelijk bij de Zwitserse Alpen uit te komen. De “Ardennen” die we eerder meenden te zien zijn gekrompen tot een soort Madurodam versie van wat we hier voor ons zien.
Voor ons staan echte bergen, immense kolossen van gesteente met een topje van sneeuw. Dit is ons speelveld voor de komende week, hier gaan we ons voorbereiden voor het einddoel van de week: het Alpenbrevet 2015.

Arjan en Bart zijn ook gearriveerd en enigszins geïmponeerd door dit alpengeweld om ons heen pakken we onze spullen uit de auto’s en betrekken we ons ruime appartement aan de voet van de Sustenpas. We zijn het al snel met elkaar overeen: het codewoord van deze week wordt.. genieten!

En dat hebben we gedaan ook! Iedere dag van de week is ingevuld door een korte of langere beklimming. Alle ritten waren prachtig.

Op de dinsdag hebben we vanuit ons appartement de “Alpenbrevet Silbertour” verreden. Een prachtige tour van 130 km over 3 bergpassen: Grimsel, Furka en Sustenpas. Samen goed voor maar liefst 3900 hm. De Sustenpas was voor alle vier een langzame sloper. Kilometers lang voor je uit kijken naar een soort “vals plat” van 8 a 9 % waar geen einde aan leek te komen. Geen haarspeldbochten hier. Een traag omhoog lopende bergweg die je vermoeide benen langzaam aan maar zeker slopen tot pudding benen.. En vandaag mochten we nog van geluk spreken. Normaal gesproken wordt je hier gekookt door de hoge temperatuur die hier in dit windstille dal aanwezig is. Fijn voortuitzicht voor aanstaande zaterdag waar minstens 31 graden Celsius wordt voorspeld..

Arjan_Vincent    Robin

Woensdag zijn we per auto naar de Nufenenpas, onderdeel van de 172 km rit, gereden. We hebben vervolgens de Nufenenpas uiteraard per fiets verkend. Een prachtige en zware lange klim. Door de tegenwind werd het zwaar, Vincent werd op kop gezet en de rest zwoegend erachter. Op het einde van de klim werden we getrakteerd op zeer fraaie haarspeldbochten met mooie uitzichten (voor wie er nog oog voor had..) Kortom, heerlijk klimwerk verricht door deze 4 heren!

Nufenenpass

Normaal gesproken neem je 2 dagen voor een cyclo als deze rust. Echter de omgeving is zeer uitnodigend en daarom konden we het niet weerstaan om deze donderdag de Engstlenalp te beklimmen. Een natuurpark op 3 km van het appartement. Voor dit park moet entree betaald worden (fietsers mogen vrij naar binnen) en hierop viel onze keuze van vandaag.

De eerste kilometers gaven van de schoonheid van deze alp nog niet veel prijs. Enkel een smal pad langs steile bergwanden. Vincent merkte op dat we gelukkig eens op een rustige weg terecht waren gekomen. Nog voordat hij de zin had uitgesproken passeerden ons enkele razende auto’s, motoren en zelfs een grote bus op dit iets te smalle bergpad. Bart besloot niet veel later dat het te gevaarlijk was en keerde om.. Had hij maar even doorgezet!

Na een tolpoortje verscheen dan eindelijk het beloofde natuurpark. Via een oogverblindende kloof klommen we met z’n drieën langs schitterende watervallen en messcherpe haarspeldbochten. Ook aan fauna kwamen we ogen te kort. Bergmarmotten, roofvogels en bergkoeien vergezelden ons naar de 1800 meter hoge top. Daar aangekomen kwamen we aan een bergmeer even tot onze welverdiende rust. De afdaling was wederom prachtig en met voldoende filmpjes en foto’s voor Bart arriveerden we weer bij ons appartement te Innertkirchen.

Vrijdag was dan echt onze rustdag. En ook de dag om de startbewijzen op te halen! Het dorpje Meiringen bleek iets minder klantvriendelijk te zijn dan het dorpje Innertkirchen (niet minder mooi maar toch..) Na even zoeken bleek er toch een gezellig terrasje te zijn. Op dit terras zat de buurman van Arjan zich voor te bereiden op de tocht van morgen. “Goed drinken is belangrijk, het wordt warm” zei hij en nam nog een slok uit zijn grote Zwitserse bierglas. We schoven aan en namen zijn advies graag voor waarheid aan. Bestelden een aantal drankjes en na een gezellige ontmoeting met Arjan’s buurman en zijn metgezel keerden we weer terug naar Innertkirchen.

Terug in het appartement is het een kwestie van goed eten, alles klaarleggen en op tijd naar bed. Al met al zijn we klaar voor de grote dag…

————————————————————————————————————————————-

Zaterdagochtend 4:45u. Voldoende tijd om ons voor te bereiden op de tocht van vandaag. Na een stevig ontbijt had ieder zijn eigen doel. Vincent ging vandaag voor de Goldtour 172 km 5300 hm, Arjan, Bart en Robin gingen voor de Zilver tour 132 km 3900 hm. En alle passen boven de 2000 meter.

Het belooft een prachtige fietsdag te worden, met een kleine kans op onweer op het einde van de dag.

Start: kilometer 0 tot en met 40

De Grimselpas was de eerste gezamenlijke pas die beklommen moest worden, 27 lange kilometers klimmen naar 2165 meter. Na de afdaling van de Grimsel was daar de splitsing. Links naar de 132 km route, rechts naar de 172 km route.

Peloton

Robin:

Aan het einde van de Grimsel afdaling was mijn moraal goed en mijn benen zo fris dat ik gekozen heb om vandaag de 172 km aan te gaan. Het was immers een prachtig zonnige dag en er zit geen tijds prestatie (druk) op de rit. Dat maakte de keuze op de splitsing eenvoudiger, vandaag zou ik rustig de komende 3 passen beklimmen. De 132 km had ik dinsdag immers al gereden en ik had nog de wens om de beruchte kasseien van de Gotthard pas te overwinnen.

Arjan:

De Grimselpas is een lange klim van 26 kilometer, voor de kenners: te vergelijken met de Glandon. Stuwmeren bovenaan en steile wegen afgewisseld met nagenoeg vlakke stukken. Na afgelopen dinsdag is sparen het devies. Op de beklimming heb ik twijfels. De 132 kilometer is mooi, maar je komt hier niet zo snel nog eens. Dan maar het motto volgen: “liever spijt van iets wat je gedaan hebt dan spijt van iets wat je niet gedaan hebt”. Ik voel me super en besluit in Gletsch dan ook rechtsaf te gaan voor de Goldtour. Maar wel met in het achterhoofd (net als Robin) geen tijdsdruk en vooral blijven genieten!

Vincent:

Aangekomen in Meiringen, fiets ik samen met Arjan, Robin en Bart naar de start. Met nog een wat slaperig gevoel bekeek ik het startvak met al die wielrenners. Sommige met strakke koppies en anderen weer heel ontspannen. Wel een relaxte sfeer. Niet het opgefokte bij de Marmotte. Ook zag ik nummers aan de zijkant staan. Wij stonden bij nummer 16. Ik zag wel dat het steeds met 2 opliep of afliep. Wat het precies inhield wist ik op dat moment niet. Later bleek dat de nummers de gemiddelde verwachte snelheid moest voorstellen. Er werd dus vanuit gegaan dat je zo eerlijk mogelijk opstelt. Gelukkig stond ik dus niet vooraan want daar stond nummer 28 J

Zo rond 6.45 worden we weggeschoten, onder begeleiding van aanmoedigingen en muziek probeer ik iets op te schuiven om zo wellicht een goede groep te vinden. Na zo 5 km begon de Grimselpas. Deze klim hadden we van de week eerder al verkent. Ik had besloten om deze klim erg rustig op te rijden. Ik wist dat het warm ging worden en dat de Sustenpas een beest is. Het ging best lekker. Ik haalde wat mensen in, maar werd ook door veel mensen in gehaald. Ik wist dat ik makkelijk met ze mee kon, maar het was echt steeds tegen mijzelf zeggen “niet doen, laat je niet gek maken”

Boven aangekomen op de Grimselpas, begon de zon al aardig aan kracht te winnen en werden we verwelkomt komt door Zwitserse hoornblazers.  Is weer wat anders dan de koeienbellen. Het duurde even voordat ik water had. Het was beetje een chaos. Ook tijdens de afdaling verloor ik tijd, omdat er wegwerkzaamheden waren en we moesten wachten voor een stoplicht. Vanaf dat moment wist ik dat een hele snelle tijd niet ging lukken, want ik wist dat we nog een aantal van dit soortwerkzaamheden tegen zouden komen.

Bart:

De start was voor mij al een hele belevenis. Ik had het nog nooit meegemaakt, zo’n massa start. Ik moet bekennen dat ik eigenlijk best een beetje zenuwachtig was, omdat ik niet wist wat me te wachten stond. Aan de andere kant had ik een aantal dagen ervoor al besloten de 130km te doen en laten we die nu al geoefend hebben de dinsdag ervoor. Dus eigenlijk geen enkele reden om zenuwachtig te zijn…..En toch was ik het J

Toen het startschot. Vincent vloog weg en die heb ik dus maar heel eventjes gezien. Arjan en Robin zaten achter me, maar al snel hoorde ik ze al niet meer. Hier en daar wordt je ingehaald en hier en daar haal je anderen in. En zo ging dat eigenlijk de hele Grimlespas door. Op een gegeven moment werd ik inderdaad ingehaald door een veel snellere Arjan. Nog even een paar woorden gewisseld, maar wat precies weet ik niet eens meer. Owjah, het ging over Robin die er nog achter zat. Toen dacht ik al wel dat die mij vast nog in zou halen. Dit laatste is trouwens ook gebeurd hoor, maar we hebben elkaar niet gezien helaas.

Boven was de eerste tussenstop en daar was het heel erg druk, om het maar eens zachtjes uit te drukken. Ik ben gewoon in de rij gaan staan. Ik had toch de hele dag de tijd en wilde graag wat eten naar binnen werken voor ik aan de tweede col zou beginnen.

Kilometer 40 tot 100:

Robin:

Onderaan de Nufenenpas tref ik Arjan! Hij heeft blijkbaar dezelfde gedachten en gezamenlijk strijden we verder. De Nufenenpas verliep prima, hartslag al iets hoger dan bij de Grimsel maar in de afdaling had ik het gevoel dat de tocht voor mij uit te rijden was. Ik zeg dan ook “was”.. In de laatste haarspeldbocht van de afdaling van de Nufenenpas ging het helaas mis. Met iets hogere snelheid dan normaal ga ik de scherpe haarspeldbocht in, merk dat mijn fiets snel grip verliest en probeer nog wat meer druk te zetten op het stuur. Het blijkt tevergeefs. Mijn rechterbeen en elleboog schaven al als een timmermansschaaf over de harde betonblokken van de Nufenenpas. Ik heb een schuiver gemaakt in een haarspeldbocht, auw! Enigszins beduusd van de val kruip ik onder mijn fiets vandaan. Zet mijzelf en materiaal veilig naast de weg en zet me neer in het stille grasveld naast de haarspeldbocht.. Ik bloed wat langs heup en elleboog. Koersbroek en windjack zijn gesneuveld. Het racestuur staat anders dan normaal en blijkt na de val wat scheef te staan. Iedere passant vraagt me of het gaat. “Ja…” antwoord ik. Mijn gedachten gaan heen en weer. In 1994 ben ik voor het laatst gevallen… ik kan het nog niet geloven dat ik onderuit ben gegaan! Het alarmnummer van de organisatie bellen is geen optie, dat is te definitief.. Ik besluit na een minuut of 10 verder af te dalen en maak plannen om mijzelf te laten verzorgen zodat ik verder kan. Mijn stuur moet recht gezet worden en dan door gaan naar de Gothardpas. Na een aantal kilometer dalen blijkt echter dat het vasthouden van het stuur met mijn rechterarm een te pijnlijke opgave is. Het zweet prikt in mijn wonden en de kracht verdwijnt uit mijn rechter geschaafde been. Ik besluit langzamer te dalen en nog eens beter na te denken. Het is een fantastisch mooi week geweest en het uitrijden van deze tocht is ineens geen prioriteit meer. Bij de eerste volgende verzorgingspost staat de al gealarmeerde Arjan op mij te wachten. Hij heeft een EHBO aangevraagd en ik wordt opgevangen in een ambulance. Daar wordt ik netjes verzorgd en geef aan dat ik de tocht beëindig. Ik kan ondanks de val terugkijken op een fantastische mooie fiets vakantie. Met dank aan Arjan, Bart en Vincent!

Arjan:

Op de top van de Grimsel besluit ik de verzorgingspost over te slaan. Twintig minuten wachten voor wat water is overdreven. Afgelopen dinsdag hebben we ontdekt dat bij aanvang van de Nufenenpas nog een supermarkt is en ik besluit daar water in te slaan. Nadat ik dat gedaan heb zie ik Robin staan! Hij heeft ook besloten om de Goldtour te doen. Samen beginnen we aan de Nufenenpas. Ongeveer halverwege loopt de weg steiler omhoog en gaan we ieder ons eigen tempo omhoog. Ik klim iets sneller, maar Robin is een betere daler. Op de top zien we elkaar weer en besluiten we dan ook dat ik alvast afdaal en beneden in Airolo zal wachten. Terwijl ik daar sta en naar huis een bericht stuur hoe het er voor staat, komen er berichten binnen van Robin: hij is onderuit gegaan. Ik zal hier niet herhalen wat ik in mezelf zei. De melding dat hij nog wel zelf kan afdalen stelt mij een beetje gerust, maar lekker ontspannen wachten is er ook niet bij. Na enige tijd komt Robin bij de verzorgingspost aan. De hulp hier is goed te noemen. Meteen is er een EHBO-koffer paraat en wordt er assistentie opgeroepen. Als Robin in goede handen is en ik niet veel meer kan doen ga ik verder, helaas alleen. Er wachten nog twee zware cols. Om te beginnen met de Gotthard. Vooraf had ik al gezien dat een deel ervan over keien gaat. Misschien had ik iets beter moeten kijken, maar van de 13 kilometer is dus ongeveer 10 kilometer over kasseien. Een groot deel dus… Niet zo slecht als Parijs –  Roubaix, maar bij  8 tot 10 procent en 35 graden best wel pittig.

Kasseien

Bart

Na een klein stukje afdalen (en na de splitsing voor de 170km) ben ik vrij voortvarend begonnen aan de Furkapas (waarvan de top het hoogste punt is van het Alpenbrevet (voor mij sowieso en ik gok voor iedereen, maar ga dat niet opzoeken)). Hij ging erg lekker en ik wist nog van dinsdag dat het dorpje wat je best lang ziet liggen en wat de top lijkt te zijn, dat dus niet isJ Na het dorpje (owkeej groot woord voor die 8 restaurantjes/hotelletjes ed) moet je nog eventjes klimmen. Dit vond ik op de dinsdag mentaal toch best zwaar, maar omdat ik het nu wist was de pas goed te doen.

Daarna een heel stuk dalen naar de volgende pauze plaats. Daar liep net een jongen weg met zijn fiets, waardoor ik mijn fiets kon wegzetten. Ik zag dat hij ook uit Nederland kwam en vroeg hem hoe het tot nu ging. “Goed”, zei hij, “maar het zwaarste moet nog komen hè” Dat klopt voor 317% bedacht ik me toen J

Vincent

Het “vlakke” stuk tussen de Grimselpas en de Nufenenpas zat ik helaas alleen. Ik zag wel een groep zo 200 meter voor me, maar in je eentje rijd je dat gat niet dicht. Aangekomen in Ulrich begon de klim naar de Nufenenpas. Deze klim is qua moeilijkheidsgraad een stuk zwaarder dan de Alpe d’Huez. Gelukkig was vandaag de wind niet zo sterk als toen we de Nufenenpas eerder deze week hadden beklommen. Hier was het al wel een stuk rustiger met fietsers. Omdat de 132 km rijders hier niet naar toe hoefde. Ook hier heb ik bewust met de rem er op gereden.  De laatste 6 km is 9% gemiddeld en echt wel “killing” als je al in het rood heb gezeten op de Grimsel. Hier zag ik dus al wat mensen die het erg zwaar kregen. Ik kreeg zelf steeds meer moraal en heel even kwam het idee in mij op om wellicht toch de 270 km te doen. Ik moest dan wel om 11.15 uiterlijk in Ariolo zijn. Een simpele rekensom leerde mij dat ik het wellicht nog kon halen, maar dan moest ik nu met nog zo 4 km bergop en een lange afdaling risico’s gaan nemen. Boven aangekomen op de Nufenenpas, kwam ik weer bij zinnen en besloot om toch voor het oorspronkelijke plan van de 172 km te gaan. Het zal de hoogte wel geweest zijn.

De afdaling vond ik persoonlijk erg fijn gaan en ik kon met een goede groep verder rijden naar Ariolo. Daar aangekomen was inderdaad de route naar de 270 km al dicht.

Kilometer 100 tot finish

Arjan:

Na de beklimming van de Gotthard  is het afdalen naar de verzorgingspost in Andermatt. Na genoeg water te hebben ingeslagen en energie getankt te hebben voor het laatste deel ga ik verder. Nog een klein stuk vlak / dalen naar Wassen en dan linksaf de inmiddels bekende (beruchte) Sustenpas op. Hier is de temperatuur nog verder opgelopen. Links en rechts staan renners bij te komen en in de tunnels zoeken anderen hun verkoeling. Ik tel de kilometers af. Het eerste dorpje is na 4 kilometer, nog 13 te gaan. Een hotel, nog 11 kilometer. Zo ver als je kunt kijken loopt de weg omhoog. Mentaal is deze klim veruit het zwaarst. Maar gelukkig weet ik na dinsdag al wat me te wachten staat. Nog 8 kilometer, ik ben over de helft. En belangrijker, ik heb nog een goed ritme, al heb ik inmiddels wel last van brandende voeten. Vier kilometer onder de top is een waterpunt. Hier besluit ik toch even om te stoppen (zoals meerderen) om even vers water te tappen. Helaas, een bord boven het kraantje: “kein Trinkwasser”. Grrr. Nu ik hier toch sta, dan maar even mijn hoofd onder de kraan. En nog even doorbijten naar de top. Bovenaan de tunnel door en dan is daar de laatste verzorgingspost. Ik heb nog nooit zo veel fietsen op de grond zien liggen. Vele renners zagen er zo uitgeteld uit dat je waarschijnlijk, wanneer je een bod deed op hun fiets, je deze zonder veel onderhandelen meekreeg. Maar vanaf hier is het (op een klein klimmetje na) 30 kilometer afdalen tot aan de finish. Dit geeft een heerlijk gevoel. Direct na de finish staat de pasta klaar, die smaakt dan geweldig. Na ruim 9 ½ uur effectief fietsen is de finish bereikt. Ik rij naar het afgesproken terras, waar Bart, Robin, Vincent en mijn buurman met zijn maat al vocht aan het bijvullen zijn. Iedereen heeft een topprestatie geleverd waar we trots op mogen zijn.

Al met al een hele mooie tocht met een hele goede verzorging, zeker een aanrader. Bart, Robin, Vincent: bedankt voor een superweek!

Bart:

Goed, de Sustenpas. Wat een kl*te berg is dat zeg. Ik begin er best goed aan. Ik maakte mezelf nog wijs dat ik Rafael Majka inhaalde. Die man in zijn Tinkoff pakje deed me er ergens ook echt aan denken hoor en het geeft jezelf weer wat moraal voor de komende kilometers J Dinsdag ben ik drie keer gestopt op de Sustenpas en ik had mezelf voorgenomen dat nu niet te gaan doen. Het is me gelukt, maar daar is het meeste wel mee gezegd. Het is mentaal echt een zware beklimming om 2 redenen in mijn ogen. Onderaan staat aangegeven dat hij 16 kilometer is. Maar hij is zeker 17,5km, irritante Zwitsers. Punt 2 is dus dat je de top al zeker 5 kilometer van tevoren ziet liggen. Mentaal is dat best een uitdaging zullen we maar zeggen. Maar goed, al voorbereid door de dinsdag heb ik me erdoorheen geknokt.

Bovenop bij de rustplaats best nog een leuk gesprekje gehad met een Duitse jongen uit Aken die op zijn vriend aan het wachten was. Na 10 minuten ben ik toen toch maar weggegaan, want met Duitsers weet je het maar nooit hè.

Daarna rustig afgedaald tot Meiringen. Ofjah dat bultje tussen Innertkirchen en Meiringen voel je niet eens als je die andere drie passen al gedaan hebt. Leuk ontvangst bij de finish door wat leuke Zwitserse meiden. Jaja, daar heb ik altijd oog voor hoor, maakt niet uit wat er aan vooraf gegaan is J Daarna nog een shirtje gehaald en het certificaat met de tijden om een geweldige dag af te sluiten.

We hadden afgesproken bij een hotel vlakbij de finish en daar kwam ik als eerste aan. Gedurende de middag kwam iedereen daar rustig binnen en toen zijn we met z’n vieren nog wat gaan eten in ons favoriete restaurant in Innertkirchen om een mooie dag gezellig samen af te sluiten.

Owjah, als ik nog een keer terug ga train ik wat beter en wil ik ook zeker de 170km gaan proberen. En dat zeg ik terwijl ik een bloedhekel heb aan kasseien. Al is dat geen fraaie afsluiter natuurlijk. Dus maar even zo: Arjan, Robin en Vincent bedankt voor een super week!

Vincent:

Bij de post In Ariolo nog  lekker wat kaas naar binnen gewerkt….  En hop de fiets op en naar de beroemde klim van de Gotthardpas. Dit was de enige pas die we niet hadden verkent. Ik wist dat het wegdek soms wat klinkertjes kon bevatten…. Aan de voet van de klim was de temperatuur al aardig opgelopen. Zo rond de 30 graden. Na 5 km klimmen kreeg ik last van mijn maag. Goh slim Vinnie die kaasblokjes. Snel van de fiets af en bij een Italiaans restaurant gevraagd of ik van de wc gebruik mocht maken. Een mooie Italiaanse barvrouw vond het geen probleem. Dat lucht op! Terug in het restaurant wil ik de haar nog bedanken, maar helaas staan nu pa en ma in de zaak. Ik groet hun vriendelijk en vervolg mijn weg naar buiten. Tot mijn verbazing staat ze buiten om mij aan te moedigen en nog een duwtje te geven. De eerste 100 meters vlieg ik dus ook naar boven. Gelukkig kwam er snel een bocht, zodat ik weer mijn eigen tempo kon rijden.

En toen kwamen de steentjes… Eerst waren het nog stroken met daartussen nog zo 100 meter asfalt. De laatste 8 km helaas niet meer. Wat wel een voordeel was dat hier geen auto’s of motors reden. Wel een hele gave klim met mooie uitzichten. De laatste 4 km zag je de bochten gewoon boven je liggen. Dat was wel erg gaaf om te zien. Alleen kreeg ik steeds meer last van de trillingen en dat tegen 8%. Boven aangekomen snel een gelletje gepakt en met de grote autoweg naar beneden. Dit was geen fijne afdaling. Alhoewel ik kreeg nog van een auto bier aangeboden. Rare jongens die Zwitsers J

Bij Andermatt was weer een verzorgingspost. Ik voelde me zelf nog erg goed. Hier was wel de tijd stilgezet, omdat een stukje verderop een lang stuk zat met wegwerkzaamheden. Toch besloot ik om hier niet lang te blijven. Ik zat in een lekker ritme. Even de bidons bijgevuld en nog wat eten. De temperatuur was wel opgelopen naar zo 35 graden. Na zo 10 km kwam ik terecht in een lange file vanwege de werkzaamheden. Tussen de stilstaande auto’s door geslalomd ging ik naar de voet van de zo gevreesde Sustenpas. Aan de voet aangekomen lag een matje om de tijd weer te starten.

Het begin van de klim was erg druk. Hier zaten namelijk ook weer de 132 km rijders bij. Ik zat in een grote groep van zo 40 man. Na  2 km ging ik samen met een Duitser vooraan van deze groep rijden. Na 4 km was de eens zo grote groep helemaal weg en zaten alleen nog de Duitser, een Zweed en een Zwitser bij mij in het wiel. Dit gaf moraal! Ik ging ook steeds meer mensen inhalen. Wat ook op viel, was dat bij elke stukje schaduw wat er te vinden was op deze berg, mensen stonden om bij te komen.  Het was gewoon een bakoven geworden. Mijn Garmin gaf zo 38 graden aan.

Gelukkig kon ik na zo 7 km klimmen snel wat water bij tappen bij een lokale boerenschuur.  Ook mijn volgers deden dit. Gezamenlijk met zijn 4 gingen we weer snel verder. Een km verderop vond de Duitser het tempo blijkbaar toch iets te langzaam en hij ging er vandoor. De Zweed ging er achteraan. Nu had ik alleen nog de Zwitser bij me. Die zei “ruhe es ist noch eine lange weg zu gehen” Gelukkig werden we voor de rest niet ingehaald dus het tempo was ook niet zo traag.

En inderdaad het was echt nog een lange weg. Je ziet de top liggen maar de weg is zo verschrikkelijke lang.  Het was nu overleven en blik naar voren. Met nog zo 5 km te gaan tot de top haalde ik de ontsnapte Zweed weer in. Hij was helemaal kapot aan het gaan. Iets verderop was de Duitser aan het zwalken.  Samen met de Zwitser reed ik verder. Met alleen een blik naar elkaar hadden we beide dezelfde gedachten “goed dat we ons eigen tempo hadden gereden”

Boven aangekomen begon ik toch echt te voelen dat het beste eraf was. Met trillende handjes dronk ik mijn colaatje op. Met nog een stukje chocola ben ik de afdaling richting Meiringen in gegaan. Nu wist ik zeker dat ik het ging halen. De afdaling zelf was een mooi toetje. Het kleine klimmetje (een soort Loorberg maar dan iets langer)  zo 4 km voor de streep, dat zou ook nog gaan lukken. Bij het klimmetje aangekomen heb ik alles wat er nog aan energie over was gegeven en zo kon ik in volle vaart de laatste 2 km naar de finish afdalen.

Met applaus en muziek werden we binnengehaald. Lekker een klein bordje pasta naar binnen gewerkt en toen naar het terras gereden. Hier zaten Bart en Ron (buurman van Arjan) al lekker aan het bier en de cola. Helaas had ik toen al gehoord dar Robin was gevallen. Dit was toch wel een domper. Gelukkig kon Robin ook nog aansluiten en zijn we laat in de avond weer terug gegaan naar ons appartement. Hier hebben we nog lekker in een lokaal restaurant gegeten en mooie verhalen verteld over deze zware maar mooie cyclo!

Reacties zijn gesloten.